donderdag 8 april 2010

Het expressionisme, 'Die Brücke' Groningen


tijdens de jaren dat Die Brücke actief was (1906-1917) waarde er een golf van revolutie en vernieuwing door Europa.

Centraal binnen de jonge kunstenaarsgroep stonden vernieuwing, het zoeken naar een nieuwe actuele kunst en de drang om het individuele uiten naar voren te brengen.

De oerkracht en de innerlijke kracht van de natuur, het sensuele en de veranderende compositie stonden prominent centraal.

Dat uitten de kunstenaars door met ruige toets de verf snel en dun op het doek op te brengen in korte snelle halen, die zich later verdichtte tot vlakken.

Emiel Nolde een tien jaar ouder lid van de groep werkte geheel volgens eigen schema's en liet de verf dik op het doek staan, maar ook met de kenmerkende energie van het snelle kijken.
Dat spreekt duidelijk uit de partijen die hij heeft geschilderd.

Soms spreekt in de verte de romantiek door in de uitstapjes met de modellen in de ongerepte natuur te werken aan 'en plein air' schilderijen.
Een natuur die voor de schilders vol energie zat en een ongerepte hof was.
Hier is echter niet langer de doodsdrang van het Avondland van de romantiek aan het woord, maar een sensuele zoektocht naar een erotische uitwerking van het gemengde manlijk en vrouwelijk naakt, in de bedding van een strijdende natuur.

Als de leden grafiek maken, spreekt dezelfde strijd door in de blokken die de kunstenaars zelf afdrukken.
Ruwe beelden met soms nog de spinters en krassen in het hout. Soms ook lichte plekken verradend waar het hout van de houtsnede de inkt niet aan het papier heeft afgegeven.
Een uitzondering is Fritz Beyl, een geschoolde graficus die met verstilde beelden op interessante wijze uiting heeft gegeven aan de invloed van de Japanse grafiek op de leden van Die Brücke.

Een enkele maal heeft Beyl het atelier van de groep bezocht om aan het 'naaktkwartiertje' mee te doen. Korte snelle standen die de kunstenaars vrij moesten maken van de heersende conventies van het academische modelschilderen.
Later veliet hij de groep om lessen te gaan geven aan een school.
Zijn handtekening staat later wel wel onder de brief waarin de groep zichzelf opheft.

In het beeldende werk van Vincent Massee is de invloed van de expressionisten duidelijk zichtbaar, maar hij heeft daarin zijn eigen weg gevonden.
De zoektocht naar vernieuwing is daarmee niet afgelopen, maar zet zich voort.
Kort en snel noteren in een steeds veranderend dynamisch landschap en daarna de schetsen snel en vol emotie uitwerken, in steeds dikkere verflagen nat in nat, kenmerken het werk van Vincent.

Ook in de grafiek van de kunstenaar verraad een vergaande invloed van de expressionistische schilderbeweging, zoals die in Duitsland in de vorige eeuw begon te woedden.
Er is echter ook een verschil op te merken, de werken van Vincent Massee verraden ook de invloed van de romantiek en de invloed van de nieuwe zakelijkheid die op het expressionisme volgde.
Het 'en plein air' schilderen van de impressionisten met de vragen over licht en kleur spelen in de opbouw van het geschilderde beeld of in zijn fotografie ook een kenmerkende rol.

Zijn aandacht gaat uit naar het zien van kleur in de objecten en de schaduwen die zij werpen over de grond, de tonaliteit van het landschap.
Alles uitwerkt in vaak krachtige halen, soms dun in lagen over elkaar. In zijn grafiek staan de voren van het mes stevig naast elkaar en laat hij in zijn kleurendrukken de parijen elkaar overlappen.

Als Vincent een werk schildert dan ziet hij ook de verstrijkende tijd als element binnen het beeldvlak.
De tijd die een werk vergt, maar ook de verstijkende tijd waarin het landschap veranderd.

Op deze snijlijnen van de tijd bevind zich het expressionisme van Vincent Massee, een gedreven en gepassioneerde uiting van wat een mens in deze wereld kan zien, horen en proeven van de werkelijkheid.

woensdag 10 maart 2010

dromen in de kunst


Binnen de kunst komen op verschillende wijze dromen voor of omstandigheden die naar een andere gedroomde realiteit verwijzen.

Kun je een droom duiden, als die komt of als je dromend wegdenkt?

Volgens Freud kunnen dromen worden geduid.

Freud voerde, terwijl zijn cliënt liggend in zijn spreekkamer op de sofa zich ontspande 'de vrije associatie' uit. Fantasieën, dagdromen, mijmeringen en uiteraard wat hij na de nachtelijke uren van zijn dromen herinnerde.

De beelden die dat associëren opleverde werden vervolgens vertaald in beelden van angsten, emotie, sensualiteit of andere verdrongen driften. Deze voorstellingsbeelden zijn persoonlijk en voor elk mens uniek.

Aan het einde van de negentiende eeuw heeft Freud zijn grootste boek geschreven rond de zelfanalyse van dromen:'Traumdeutung.'

De kunst is door de uitleg van dromen als driften en andere verdrongen emoties haar onbevangenheid kwijtgeraakt.
Zoals in het symbolistische werk van Rimbaud die de ongrijpbare voorstellingen van de menselijke geest schetst, zoals in zijn tweede bundel:'Een seizoen in de hel.'

Maurice Merleau-Ponty ontwaarde een andere wereld, namelijk een wereld waarin we onszelf gewaar worden. Er is perceptie (gewaar worden) als vanuit een veld iets naar voren komt.
Dat kan wakend zijn of in de droom.
We worden op beide bewustzijnsniveaus ons van onszelf bewust.

Merleau-Ponty schrijft in 'Le visible et L'invisible':"Zelfs in onze dromen ontkomen we niet aan de wereld, ook al vinden we onszelf dan op een bijzondere manier aanwezig."

In deze opvattingen van Freud en Merleau-Ponty zijn dromen vast en omvattend beschreven, we kunnen als het ware onze eigen droom aanraken.
Rimbaud kon dat niet, omdat de droom voor hem verwees naar een taal die eigen was en origineel.
Shakespeare zei bijvoorbeeld over de droom in ons leven:'van dezelfde stof zijn wij als dromen, en ons kleine leven is door slaap omringd.'

Als Louis Couperus de kleine prinses Psyche laat inslapen tijdens een onzekere nacht in de woestijn, schrijft hij:'De nacht was heel stil. De eindeloosheid van de woestijn dreef horizonloos in een lichtende nevel. (.....) Zijzleve sliep. De Sfinx zag uit hoog in de nacht, met starre blik en gesloten mond. de sterren trilden en waakten.'

Psyche ligt te midden van haar grootste angsten, wat tegelijk de grootste angst is voor de psyche van de mens, in de woestijn die als beeld haar innerlijke gemoed weergeeft.
Dromen en waken lopen hier in elkaar over. de woestijn draagt ze in haar hart, zoals de woestijn haar naar de Sfinx gedragen heeft.
De levennemer die groot,zwaar en zwijgend in de nacht over haar waakt.

Een geestesgesteldheid die zin zekerheid aan een gehouwen rots ontleend, een rots die ons in andere gevallen - buiten deze nood - zeker het leven zou ontnemen.

Kunst laat de kunstenaar dromen en wanneer deze als schepper van het kunstwerk zijn bestaan niet zeker is, kan hij terugvallen op de muze, die hem influistert en doet dromen. Of op de macht van het deels dierlijke, deels vrouwelijke: De Sfinx. Zoals beschreven in: 'De koele meren des doods,' van Frederik van Eeden.

Deze wereld is die van de halfslaap. Een wakend dromen waarin de kunstenaar zichzelf gewaar wordt en daardoor met een diepere (zelf) kennis ontwaakt.
Psyche staat voor macht over het onbekende, bekende: het raadsel.

Als ze in de woestijn in slaap valt ontwaard ze in zichzelf een oplossing, binnen de raadsels die ze in zich droeg toen ze uit haar paleis vertrokken was.

De droom brengt in de kunstenaar het vermogen voort om dingen te ontdekken of herontdekken, zoals in het raadsel van de Sfinx.
Door de werkelijkheid te ontmaskeren en zo de tijd open te leggen in het kunstwerk.

Een kunstwerk is als een droom, waaraan de beschouwer beelden ontlokt die hem treffen en in de tijdspanne van het kunstwerk, zichzelf trancedentaal doet kennen.
Over de toppen van de kennis 'ziet' de beschouwer een andere hogere universele realiteit, die hem van andere inzichten in kennis stelt.

In de droom ontwaard de dromer eenzelfde opgaan, namelijk dat van het gedroomde 'al', een tijdelijk opstijgen uit de reële werkelijkheid naar het gedroomde trancedentale 'al.'

Zoals Quinten in 'Ontdekking van de hemel,' van Harry Mulisch, die bij het ontdekken van de wet en zijn persoonlijke en tegelijk universele waarheid opgaat in het 'Al.'
Een trancendente toestand waarin er geen stoffelijkheid meer bestaat, maar slechts de liefdevolle levensadem van de goddelijke wet.
Dit opgaan is een dromend opgaan in liefde.

S.Kierkegaard beschrijft het (ethisch) verlangen tot de liefde, het leven (en haar adem) als volgt:

"De zon schijnt zo helder en zo vrolijk mijn kamer in, in de kamer hiernaast staat een raam open; op de straat is alles stil, het is zondagmiddag; ik hoor een Leeuwerik, die buiten voor het raam op een van de naburige binnenplaatsten zijn trillers slaat, buiten voor het raam waar het mooie meisje woont; ver weg, in een uitgestorven straat, hoor ik een man die garnalen vent. De lucht is zo warm, en toch lijkt de hele stad wel uitgestorven. - Dan denk ik aan mijn jeugd en aan mijn eerste liefde - toen ik nog verlangen kende, nu verlang ik alleen terug naar mijn eerste verlangens. Wat is jeugd? Een droom. Wat is liefde? De inhoud van de droom. (Of/Of, S.Kierkegaard)

vrijdag 12 februari 2010

landschappelijke drager


Sinds het landschap in de westerse kunst van een religieus tafereel in een zuiver landschappelijke voorstelling veranderde is vrijwel alles mogelijk.

Die eerste aanzetten begonnen te ontstaan tijdens de late middeleeuwen en maakten de kunstenaars tot vrije ambachtslieden. De koppeling tussen hemel en aarde bleef tot de romantiek nog wel van belang.
Wat er zich beneden afspeelde had zijn weerslag vanuit de bijbel en de Bijbelse hemelen.

Tijdens de romantiek (1780-1850) kreeg het landschap een andere functie, die van contemplatie en vervoering.
Voor het eerst was er uitgesproken plaats voor de roerselen van de menselijke emotie.
Devoot of seculier leefden vanaf dat moment naast elkaar of gingen in elkaar op binnen de grenzen van het romantische landschap.

Casper David Friedrich is een voorbeeld van het spirituele landschap, een ruimte die de ziel tot verheffing brengt in rust en stilte onder de macht van de goddelijke natuur.

Odillon Redon laat fantomen en bovenzinnelijke machten zijn grafiek overmeesteren en zijn angsten vormgeven in een wereld die hij als individu intrinsiek beleeft.

De italianiserende kunstenaars lieten eerder al de dromen van de Po-Vlakten rond Rome met zijn antieke ruïnes en rustieke vergezichten het schilderdoek bevolken.
Deze kunstenaars werkten hun motief niet alleen uit in Italië, maar lieten zich ook in het Holland van de de 17e eeuw inspireren door de grafiek en studies van andere kunstenaars uit Italië.
Deze wijze van werken werd opnieuw tijdens de vroeg-romantiek opgepakt tijdens de periode van het Classisisme (1750-1780.)

Er was ook rumoer in de kunst, opstand tegen onrecht en despotische machten zoals in de werken van Eugêne Delacroix te zien is. Bijvoorbeeld de mislukte opstand van de Grieken tegen de Turkse overheersing, gevat in de Griekse aarde.
Hij werkte na enkele reizen naar de Oriënt aan harem scènes die in Europa oriëntaliserende kunst werden genoemd, een steelse blik naar een onbekende wereld.

Tijdens deze avonturen binnen de schilderkunst kreeg de kunstenaar autonomie en ging experimenteren met bijzondere vormen en kleuren. Het landschap werd de drager van progressieve gedachten en strevingen.

Een kunstenaar die het modernisme omarmde maar schatplichtig beef aan de romantiek is bijvoorbeeld Vincent van Gogh.
In het landschap 'De Zaaier' verbeeld de landman het zaaien van het nieuwe leven en is de lekkende zon die alles lijkt te omhullen de nieuwe dageraad. Hemel en aarde komen in dit bijbelse thema opnieuw bij elkaar.

De landschappen van de Engelse schilder John Constable laten de heuvels en de hoge luchten zien zoals hij deze op zijn tochten door Cornwall waarnam.
Hier is geen plaats voor een andere werkelijkheid dan die van het ziende oog.
Deze kunst is trouw aan de waarneming en laat de beschouwer staan op het gras dat onvermijdelijk door lijkt te lopen onder zijn voeten. De wind die door de verf wordt gesuggereerd waait door de losse haren.

Van Vincent en Constable lopen we terug naar Parijs, waar een groep jonge schilders het landschap opnieuw uitvinden. Ze gaan het schilderij zuiver als picturaal ding opvatten. Dat betekend dat de kunst voor de kunst gaat leven.
een schilderij is als ding op zich van belang en niet het belang van de voorstelling.
Bijvoorbeeld het werk van Claude Monet in zijn meesterwerk 'Impressie van een Zonsondergang', dat een heel nieuwe fase inluidde binnen de schilderkunst.
De impressionisten lieten voor het eerst de indrukken van het 'onschuldige oog' de vertekingen op het schilderdoek bepalen.

Zij noemden hun oog 'onschuldig',omdat ze niet langer uitgingen van traditie en kennis vooraf. Constable wist dingen van de natuur die hij weergaf, de impressionisten wisten niets vooraf en keken slechts.
Deze houding leeft door in de verwarring van het zien van de 'werkelijkheid.'
Is deze wereld de ware wereld?

Picasso heeft deze vraag later tijdens de periode van het kubisme 1907),samen met Braque uitgewerkt. Ze schilderen werelden achter of naast deze 'ware' wereld en leggen zo verschillende meervoudige dimensies open voor het menselijk oog.

Tijdens de golven van vernieuwing gaat het zien een getijdenstroom door.
Zien wordt kijken naar de verfhuid van het schilderij. De oppervlakte van het doek wordt bepalend.
Hier wordt geen Belle Pentere nagestreefd, maar de roerselen van de individuele schilder.
De kunstenaar stelt zichzelf centraal binnen de schilderkunst.
Anders dan dat Odillon Redon die angsten verbeelde, beeldt de zelfbewuste kunstenaar zijn onmiddellijke leefwereld uit.
De emotie die hij voelt vertaalt hij in verfbanen en spatten op het doek.

Het landschap wordt als drager van een thema een abstractie. Een landschap kan nu ook een lijn zijn of een ritmisch patroon.

tijdens deze reis is de kunst blijven omzien naar alle strevingen en vertalingen rond het thema landschap. Het landschap is een idioom geworden voor de zelfbewuste kunstenaar die het landschap zuiver als expressiemiddel beschouwd.

Er is een groep die ik tot nu toe buiten beschouwing heb gelaten, omdat deze van meet af aan alle elementen in zich heeft. De expressionisten gaan rond 1930 als groep via het tijdschrift 'Der blauwen Reiter' optreden en laten het publiek en emotie volle en soms verontrustende wereld zien.
De voorman van deze groep was Kandinsky die de atonale muziek van Shönberg in zijn schilderwerken wilde vertalen.
Vol emotie of juist rustig analyserend werken ze binnen een progressieve wereld die niet op stilstand uit is.

De romantiek heeft op de laatste groep ook een duidelijke invloed gehad, mede doordat de romantische traditie in Duisland na de inval van Napoleon een eeuw eerder zeer sterk geworden was.
Abstractie maar ook hoop, angsten, vreugde, stite en verwondering, vinden we terug in het beeldende werk en de geschriften van de kunstenaars uit die periode van de kunst.
In Nederland kwam snel in het noorden van het land een eigen expressionistische groep 'De Ploeg' met een gelijknamig tijdschrift, die het thema landschap en landschappelijkheid een ongeëvenaarde vorm gaf.

Als het landschap langzaam ophoud landschap te zijn, zoals we binnen het oeuvre van Mondriaan zien, dan gebeuren er spannende dingen.
Vlakken en lijnen komen samen en de horizon die steeds hoger reist komt op de randen van het doek te liggen.
Deze landschappen zijn geschilderd voor de enkeling. Kijkers die de hele reis in het achterhoofd hebben en zich of een rood vlak kunnen verbazen. Geen grasranden of vergezichten.

Een vlak op het doek als het landschap van een zoekende individu.

zondag 31 januari 2010

Kunstzinnige Landschappen




Een landschap ontstaat uit lijnen en grenzen van vlakken die over het oppervlak van het doek lopen en elkaar verbinden.

Je kunt niet lopen over een dunne lijn die gespannen is vanuit het niets.
Er is een voor, achter, boven en onder.
Zelfs als het schilderij plat lijkt doordat de vormen naast elkaar zijn geplaatst, door middel van een gringe dieptewerking of simultaan kleurcontrast. De kleuren bij simultaan kleurcontrast staan hard tegen elkaar en er is daardoor geen zachte ruimtelijke atmosfeer binnen de grenzen van het schilderij.

Een schilderij is door de aard van het schilderdoek ten alle tijden een plat vlak en kan dus ook zo worden opgevat door de kunstenaar, zelfs als het een figuratief landschap betreft.

De werking tussen plat en ruimtelijk is spannend, maar dit vergt veel kennis van de toeschouwer. Die moet het schilderij en de daarin gemaakte beeldgrappen snappen.
Een dergelijk werk oogst daarom nu in onze tijd veel kritiek.
De willekeurige toeschouwer ziet fouten in plaats van markante beeldgrappen.
Dit effect van plat binnen ruimtelijk is voor het eerst bewust toegepast in de Italiaanse renaissance.

Dromen en verwachtingen-in-de-tijd, spelen ook een grote rol bij het tot stand komen van een bepaald landschap of ruimer gezien van het kunstwerk. Wie droomt zich wel eens een wereld waarin alles anders is en kan de volgende dag de omgeving waarin hij of zij verblijft niet meer zo kan zien als daarvoor?

Een droom is de voortzetting van het denkende leven in de slaap met het element gevoel en de daaraan gekoppelde fantasie. De droom kan na de slaap opnieuw en actief beleefd worden in een situatie van trans tijdens de diepe concentratie tijdens werkzaamheden. Bijvoorbeeld het maken van een tekening naar aanleiding van de droom.

Anders is het met de verwachting-in-de-tijd, een utopie, die in de eigen wereld geleefd wordt binnen de grenzen van de verschillende gedachtenstromingen en binnen de kunst in ismen. Binnen de grenzen van het schilderij was bijvoorbeeld Karel Willink een Nederlandse utopische dromer die zijn visionaire schrikbeelden weergaf en daarmee in de schaduwzijde zijn wensen. je ziet in zijn visionaire werken bijvoorbeeld koeltorens van kerncentrales het groene utopische landschap ontsieren.
De Belgische kunstenaar James Ensor tekende en schilderede ook een bepaalde samenleving vanuit de wens en de vrees voor een bepaalde werkelijkheid.

Dan kan de schilder nog tussen droom en verwachting doorkruipen en bewust een imaginair landschap schilderen dat hij ten dele bedacht heeft en dat beeld op zijn netvlies vanuit de Idee in een trans heeft beleefd. Bijvoorbeeld in het werk van de Duitse expressionisten, die vauit een statement, maar vol passie en durf hun landschappen, mensen, dieren, werktuigen, wilden en steden vorm gaven.
Bijvoorbeeld ´Die Dampfer´,van Emiel Nolde.

In mijn eigen werk kies ik voor een energieke vervoerende geesteshouding. Daarin laat ik mij door het schilderen leiden vanuit een droom of een herinneringsbeeld, dat eerst nog -in mij- buiten het doek viel, maar al schilderend binnen de beeldruimte is gehaald.

De landschappen die ik als schilder maak zijn gebasseerd op de directe waarneming,ik ga in het landschap kijken en tekenen en de herinnering die mij uit alle landschappen, het landschap doet ontdekken. Complaat met de wolkerige kleuren die vanuit mijn binnenkamer naar buiten komen.

In elk schilderij opnieuw.

zondag 24 januari 2010


Vincent Massée (Haarlem 1966) is en Nederlandse expressionistische kunstschilder de graag uitstapjes maakt naar bijzondere momenten en onderwerpen binnen en buiten het Nederlandse landschap.


Sinds zijn jeugd in het West-Friese Hoogwoud, was hij te vinden tussen de weidse groene velden van het lage polderlandschap. Daar droomde Vincent weg onder de verre horizonten en hoorde in de verte vaag een brommer snerpen en het geluid van zoemende melkmachines in de avondschemering.


Op de kunstacademie een aantal jaren later hoorde hij datzelfde geluid terug, maar toen waren het schepen in de nachtelijke IJssel die op zondag avond langs Kampen dof dreunend onder de gesloten brug doorvoeren. Datzelfde geluid trof hem ook bij het maken van studies in de natte uiterwaarden langs de rivier en vanaf de hoge IJsseldijk langs de diepte van de laaggelgen graslanden en akkers.


Nu exposeert Vincent Massée vanaf 1 februari 2010 te warmond in het stille Lidwina, andere klanken, geluiden van de eerdere perioden aan de kusntacadiemie en vlak daarna, het Gorcums Museum (Vlucht naar Egypte), de Spoorbaan geschilderd nabij Oegstgeest of de oevers en dreven langs de plassen van het Zuid-Hollandse veengebied.


Helder van toon en duidelijk van vorm dat is de kunst die Vincent maakt. De verschillende perioden in het oeuvre komen aan bod, soms fijn met penseel en kwast dan breed geschilderd met het palletmes.


Kunst is een feest, kleur en vorm het gerecht.


Expositie in het Lidwina, Herenweg 50, te Warmond, Zuid-Holland. Open tijdens kantooruren.